leidenmedievalistsblog

Een rebelse weduwe

Een rebelse weduwe

Conflicten werden in de middeleeuwen niet altijd met geweld beslecht. Soms gaf een vorst de voorkeur aan financiële maatregelen, bijvoorbeeld tegen een grafelijke weduwe die zich verzette tegen de politiek van haar familie.

In een vijftiende-eeuwse Brabantse kroniek, de Brabantsche yeesten, lezen we het volgende:

Ende want Vrou Jacoppen moeder vorscreven
Jeghen hertoghe Janne rebel es bleven,
Dede die hertoghe beslaen sonder cesseren
Tsijnre taflen behoef, ende aresteeren
Al haer goede ende duwaerie, die de vrouwe
Hadde in den lande van Henegouwe
Ende in Hollant ooc voortane

Vrou Jacoppen moeder’ was Margaretha van Bourgondië (1374-1441), de dochter van Filips de Stoute, hertog van Bourgondië. Op tienjarige leeftijd trouwde zij met Willem van Beieren, die later graaf werd van Henegouwen, Holland en Zeeland, drie vorstendommen die destijds bij elkaar hoorden. Tegelijkertijd trouwde Margaretha’s oudste broer met Willems zuster. Het glamoureuze dubbelhuwelijk was gearrangeerd om een sterke politieke alliantie te vormen tussen het Beierse en het Bourgondische vorstenhuis.

Afbeelding 1: Het dubbelhuwelijk tussen Margaretha van Beieren en Jan van Bourgondië (links) en Willem van Beieren en Margaretha van Bourgondië (rechts) vond plaats in Kamerijk in 1385 (bron: Breslauer Froissart).

Willem en Margaretha kregen slechts één kind, Jacoba van Beieren (1401-36), de ‘Vrou Jacoppen’ uit het bovenstaande fragment. Toen Margaretha’s echtgenoot graaf Willem VI in 1417 overleed was deze dochter een kinderloze weduwe van 16 jaar. Willem had voor zijn dood de wens uitgesproken dat zij hem zou opvolgen als gravin, maar al snel werd haar gezag van verschillende kanten aangevochten. Moeder en dochter leken er alleen voor te staan.

Bourgondië: van bondgenoot naar tegenstander

Gelukkig konden zij rekenen op de steun van hun Bourgondische familie. De ‘hertoghe Janne’ uit het bovenstaande fragment was hertog Jan IV van Brabant, een zoon van Margaretha´s overleden broer Antoon. Snel werd er een huwelijk gearrangeerd tussen Jan en Jacoba, om Jacoba’s positie te versterken. Weliswaar keurde de kerk een huwelijk tussen neef en nicht niet goed, maar de paus werd bereid gevonden dispensatie te verlenen.

Afbeelding 2: Hertog Jan IV van Brabant, pentekening door Antonio de Succa (bron: wikimedia commons)

Hoe kon het zover komen dat Margaretha enkele jaren later tegen deze zelfde neef langdurig rebelleerde (‘rebel es bleven’)? Om te beginnen was het huwelijk een absoluut fiasco. Jan had een zwak karakter en liet zich beïnvloeden door Margaretha’s politieke tegenstanders. Hij beledigde zijn echtgenote diep door leden van haar hofhouding tegen haar wil naar huis te sturen. Margaretha trachtte te bemiddelen, maar tevergeefs. Uiteindelijk moest zij haar dochter mee terug nemen naar Henegouwen. Daar werd nog enige tijd onderhandeld om het huwelijk te redden, tot Jacoba een drastische stap zette: zij verklaarde haar huwelijk ongeldig vanwege de te nauwe familierelatie, waarover zij (zoals ze nu verklaarde) altijd gewetenswroeging had gehad. Zij vertrok naar Engeland en keerde na enkele jaren terug met een nieuwe echtgenoot, koningszoon Humprey van Gloucester, om haar landen te heroveren. Margaretha steunde haar dochter in de strijd.

Maatregelen

Omdat Margaretha van Bourgondië het huwelijk van haar dochter met Jan van Brabant als ongeldig beschouwde, erkende zij hem niet meer als graaf van Henegouwen, Holland en Zeeland. Dit was hij immers geworden door zijn huwelijk. Jan van Brabant nam maatregelen tegen deze rebellie, zoals beschreven in bovenstaand fragment: ‘al haer goede ende duwaerie, die de vrouwe hadde in den lande van Henegouwe ende in Hollant ooc’ werden in beslag genomen.

Middeleeuwse weduwen hadden recht op een deel van de bezittingen en inkomsten van hun overleden echtgenoot, de zogenaamde douarie. In het geval van Margaretha van Bourgondië bestond deze uit een aanzienlijk deel van Henegouwen en Holland, waaruit zij inkomsten ontving. Hiermee kon zij de vorstelijke levensstijl die zij gewend was voortzetten. Jan van Brabant nam een groot deel van Margaretha’s Henegouwse douarie in bezit. Hij verving haar lokale ambtenaren door mannen die bij hem in dienst waren, zodat Margaretha geen inkomsten uit deze gebieden meer ontving.

Afbeelding 3: Fragment uit een rekening waaruit blijkt dat Jan van Brabant een deel van Margaretha’s Henegouwse douarie liet innemen (bron: Archives Départementales du Nord, Lille, CC, B 8233).

Filips de Goede, hertog van Bourgondië en ook een neef van Margaretha, deed in Holland hetzelfde. Hij liet het grootste deel van Margaretha’s Hollandse douarie in bezit nemen door een hoge edelman die aan zijn kant stond, Jacob van Gaasbeek. Uit rekeningen die bewaard zijn gebleven blijkt dat Margaretha in deze periode geen cent uit deze gebieden ontving. Ook de salarissen van haar lokale ambtenaren werden niet betaald. De netto inkomsten werden gebruikt om een schuld die de Bourgondische hertog bij Jacob van Gaasbeek had te vereffenen. De gezamenlijke maatregelen hadden tot gevolg dat Margaretha’s inkomsten vrijwel tot nul werden gereduceerd.

Afbeelding 4: Fragment uit een rekening waaruit blijkt dat de hertog van Bourgondië zich de opbrengsten van Margaretha’s Hollandse weduwgoed toeëigende (‘mijnre ouder vrouwe goeden van Hollant’) (bron: Nationaal Archief, Den Haag, AGH 61, f 8v).

De redenen om de douarie in te nemen waren vermoedelijk niet louter financieel. Schoonhoven, dat behoorde tot het weduwgoed van Margaretha van Bourgondië, bleef gedurende de oorlog in Holland in handen van haar aanhangers. Dit was weliswaar geen grote stad, maar door de ligging aan de grens met het bisdom Utrecht betekende het bezit van stad en slot van Schoonhoven toch een belangrijk strategisch voordeel. Ook vanuit andere delen van de douarie werd op verschillende manieren verzet gepleegd tegen de Bourgondische hertog.

Afloop

Ondanks pogingen van Margaretha om dit te voorkomen werd Filips de Goede na de dood van Jan van Brabant in 1427 door de Staten van Henegouwen gekozen tot gouverneur. In Holland werd een jaar later vrede gesloten en ook hier werd het feitelijke bestuur aan Filips overgedragen, al bleef Jacoba in naam nog enkele jaren gravin. Margaretha kreeg al haar bezittingen en inkomsten terug, behalve Schoonhoven, dat de hertog uit veiligheidsoverwegingen nog even voor zichzelf hield.

Of Margaretha van Bourgondië uit financiële nood overstag is gegaan is verre van zeker, maar het gebrek aan middelen moet haar positie wel ernstig hebben verzwakt. De vorstin-weduwe had gedaan wat zij kon, maar was realistisch genoeg om in te zien dat de hertog van Bourgondië de overhand had. Ze deed in de jaren die volgden nog verschillende pogingen om het tij te keren, maar moest zich er uiteindelijk bij neerleggen dat de macht over Henegouwen, Holland en Zeeland volledig aan haar neef werd overgedragen, ten koste van de aanspraken van haar dochter, die ondanks vier echtgenoten kinderloos was gebleven. Zo werden Henegouwen, Holland en Zeeland aan het uitdijende Bourgondische imperium toegevoegd. Margaretha’s eigen huwelijk op tienjarige leeftijd had hiervoor de grondslag gelegd.

Verder lezen

  • Blockmans, W. en Prevenier, W., De Bourgondiërs. De Nederlanden op weg naar eenheid 1384 – 1530, Amsterdam 1997.
  • Brandsma, M., ‘Riches and power? Princely widows in the Burgundian period. The case of Margaret of Burgundy (1374-1441)’, The Medieval Low Countries 5 (2018), 93-122.
  • Janse, A., Een pion voor een dame. Jacoba van Beieren (1401-1436), Amsterdam 2009.
  • Jan van Boendale, Brabantsche yeesten (naar de editie van J.F. Willems en J.H. Bormans uit 1839-1869). Digitale editie: https://dbnl.nl.
  • Stein, R., De hertog en zijn Staten, Hilversum 2013. (English version: Magnanimous Dukes and Rising States: The Unification of the Burgundian Netherlands, 1380-1480, Oxford University Press, 2017).

© Margreet Brandsma and Leiden Medievalists Blog, 2019. Unauthorised use and/or duplication of this material without express and written permission from this site’s author and/or owner is strictly prohibited. Excerpts and links may be used, provided that full and clear credit is given to Margreet Brandsma and Leiden Medievalists Blog with appropriate and specific direction to the original content.